Over het algemeen gelden er 3 regels die in de basis zorgen voor harmonie:
Hoe kun je dit verwerken in je dagelijkse bezigheden? Hieronder een aantal simpele geheugensteuntjes om de drie gouden regels overal in toe te passen.
Misschien een open deur, maar gastvrijheid is altijd belangrijk. Bij een warme en gezellige sfeer zullen bewoners eerder dingen van je aannemen, zich vertrouwd voelen bij jou als zorgverlener en dus ook beter hun best doen voor de maaltijd. Probeer je te verplaatsen in de wereld van de bewoners. Hoe voelen zij zich, en wat kan jij doen om hun dagelijkse leven net iets makkelijker en aangenamer te maken? Zie wie je cliënten echt zijn, en maak persoonlijk contact met ze. Met een goede gastvrijheid maak je al een wereld van verschil.
Het dekken van de tafel kan op verschillende manieren. De ene bewoner zal een rustige tafelschikking prettiger ervaren dan de andere. Denk bijvoorbeeld aan ouderen die ziek zijn, en die minder prikkels kunnen hebben. Bewoners die last hebben van dementie bijvoorbeeld, zullen een volle tafel eerder chaotisch dan gezellig vinden. Probeer dus een goede balans te vinden tussen een rijkelijk gedekte tafel en orde.
Het tafeldekken zelf kan al voor overprikkeling zorgen. Denk aan kletterend bestek, geschuif met stoelen en veel beweging rond de tafel. Zorg ervoor dat bewoners op dat moment niet aan de tafel zitten, zodat zij zo min mogelijk geprikkeld worden en daardoor een aversie kunnen krijgen om aan tafel te gaan eten. Eenmaal de tafel gedekt is kan iedereen rustig aanschuiven! En wil er iemand meehelpen? Stimuleer dit dan positief en dek samen de tafel.
Het geheugen en gezichtsvermogen bij demente mensen loopt terug. Het is daarom extra belangrijk om alles op een vaste herkenbare manier te doen die voor hen het prettigst is. Niet te veel moderne dingen en poespas dus. Wist je dat bij voldoende contrast tussen een tafelkleed en servies, mensen zelfstandig 25% meer eten?
Zet pannen en potten op tafel, net zoals vroeger, en dien daaruit het eten op. Help nog een extra handje, door toetjes en dranken op te dienen in schaaltjes en glazen. Pakken worden bijna niet meer herkend door dementerenden en zullen het dan ook niet gauw opeten.
Elk mens vindt het prettig om zelfstandig te eten. Is het vasthouden van bestek lastig? Wees creatief en probeer of met een lepel eten makkelijker gaat. Sommige producten kun je ook makkelijk met de hand eten, zoals boontjes, aardappelpartjes, tomaatjes etc. Boterhammen kunnen dubbelgevouwen worden en drinken kan makkelijk uit een een drinkbeker. Wanneer mensen zelfstandig kunnen eten en drinken, zullen ze automatisch meer tot zich nemen en voelen ze zich beter.
Niet alle cliënten hebben vaak zin om mee te helpen met koken. Alhoewel ze dat toch heel leuk kunnen vinden. Ze kunnen mopperig zijn en geen zin hebben om van niets iets te maken. Wanneer jij al uitnodigend aardappelen staat te schillen en ze bijvoorbeeld ook een schiller aanreikt, dan kunnen ze al kletsen mee gaan helpen en het plezier erin weer beleven. Of laat bewoners zelf hun eigen boterham smeren of zelf hun maaltijd opscheppen. Ook is het fijn om alle etensgeuren te ruiken tijdens de bereiding. Onbewust zorgt dit ervoor dat bewoners trek krijgen in eten.
Een goed voorbeeld doet volgen. Voor dementerende mensen is het erg moeilijk om woorden om te zetten in daden. Het zogenaamde zelf-denken verdwijnt. Na-apen is makkelijker om te doen. Wanneer verzorgenden dus mee-eten met de maaltijd kunnen cliënten dit goed nadoen. De woorden “neem maar een hapje” komen beter binnen als dit gezegd wordt terwijl er ook een hap wordt genomen als voorbeeld. Ook praten over hoe heerlijk de groenten, de aardappelen of het vlees zijn wordt als positief voorbeeld ervaren als er ook direct van gegeten wordt. Zet eens de goede en slechte eters bij elkaar aan tafel!